We hebben een brouwerij: of toch niet?

Inmiddels zijn we al ruim een jaar verder nadat we zijn gestart met de brouwerij. Wij willen zo graag onze droom naleven, maar we worden geremd door wet & regelgeving. Het starten van de daadwerkelijke brouwerij heeft veel meer voeten in aarde dan dat we vooraf konden bedenken. Wat doen wij zolang de vergunning nog niet rond is? We nemen jullie mee in onze, bijna dagelijkse, afwegingen.

Vergunningen

In augustus 2018 werden wij officieel een brouwerij. Althans dat dachten wij. Destijds hadden wij een Kamer van Koophandel nummer (KVK-nummer) nodig om de vergunningen aanvraag te kunnen starten. Inmiddels weten wij dat een bierbrouwerij valt in de hoogste bedrijfscategorie klasse. Dat betekent dat het wordt gezien als zware industrie. En helaas wordt er bij de gemeente niet echt onderscheid gemaakt tussen verschillende bierbrouwerijen qua grootte, geur en geluid. Het is daarom nu aan ons om aan te tonen dat wij vallen binnen een lagere bedrijfscategorie.

Maar tot die tijd kunnen wij niets, of toch wel? Alle opties op een rij.

Optie 1: Wachten

We kunnen wachten tot wij de volledige vergunning van de brouwerij rond hebben. Tot die tijd verkoop je geen bier en wacht je tot je echt in je eigen brouwerij mag gaan produceren. Dat is een mogelijkheid. Maar wanneer je net vol enthousiasme hebt besloten om je droom te gaan naleven. Dan wil je alles behalve wachten.

Optie 2: Recepten ontwikkelen maar geen verkoop

Je gaat thuis in de ketel verder met het ontwikkelen van recepten. Al het goede bier wat daaruit voortvloeit, mag je alleen niet verkopen. Dat betekent dus heel veel bier zelf gaat drinken en weg gaan geven. Zo zijn we dus ook gestart. Tijdens de kerstmarkt in Willemstad hebben wij onze blondbier weggeven in ruil voor een emailadres en feedback. Dit was erg leuk om te doen, maar als dan iemand vraagt of ze het kunnen kopen voor de familie moet je ‘nee’ zeggen. Daar ga je op termijn wel van balen.

Optie 3: Huurbrouwen

Huurbrouwen betekent dat je jouw recept, laat brouwen in een andere brouwerij. Zij hebben uiteraard wel alle vergunningen waardoor het bier verkocht mag worden. Dit is een hele logische stap voor brouwers die zelf (nog) geen brouwerij hebben. Maar je hebt dan vaak te maken met lange wachttijden. Ook zijn de kosten van het huurbrouwen vaak erg hoog. Daardoor zijn je de marges die je op je bier overhoudt laag. Huurbrouwen kan pas vaak vanaf 1.000-2.000 liter. Dan moet je zelf wel over de financiële middelen beschikken om dit te kunnen bekostigen.

Waar kiezen wij voor?

Wij zijn te enthousiast op dit moment om enkel af te wachten. Daarom kiezen wij er nu voor om recepten alvast thuis te ontwikkelen. Recepten waarover wij tevreden zijn, laten wij testen door andere mensen. Vaak door proefpakketten weg te geven. Wanneer dan de reacties nog goed zijn, nemen wij de stap tot het huurbrouwen. Inmiddels hebben wij hier goede ervaringen mee.

Vraag en aanbod

Het spel tussen vraag en aanbod is in volle gang. Gaan wij wel of niet horeca en slijterijen benaderen in omliggende plaatsen? Gaan wij wel of niet onze tripel op grotere schaal huurbrouwen? Het is erg lastig om in te schatten of je kan blijven leveren aan je huidige klanten. Wij doen er alles aan om geen ‘nee’ te hoeven verkopen.

Wij hebben goede hoop voor de toekomst en hopen dat wij in maart/april volgend jaar groen licht krijgen om te starten in onze eigen brouwerij. Dat kunnen wij ons volledig gaan richten op onze missie: verkoop van bier uit onze eigen brouwerij! Alle winst gaan we dan investeren in automatisering. Wij kunnen niet wachten en tot die tijd blijven wij lekker discussiëren aan de keukentafel.

Zou jij dezelfde beslissingen maken als je in onze schoenen zou staan? Laat het ons weten in een reactie!